Deze tekst is overgenomen uit W. Kreeft,
Nederlandsche maçonnieke penningen No. 36

1850 – 21 Mei

Penning ter herinnering aan de vijfentwintigjarige echtvereniging van Prins Frederik der Nederlanden met Prinses Louisa van Pruisen. Hulde der Orde van Vrijmetselaren.

Voorzijde: De naast elkander geplaatste linksgewende bustes van de Prins en de Prinses. Op de afsnede der hals van de Prins, J. P. Schouberg.

Omschrift: GVIL. (elmvs) FRED. (ericvs) CAR.(olvs) NE-DERL. (andiae) PRINC. (eps) ET LVDOV. (ica) AVG. (vsta) GVIL. (elmina) AMAL. (ia) BORVS. S(iae) PRINC. (ipissa)

Willem Frederik Karel, Prins der Nederlanden, en Louisa Augusta Wilhelmina Amalia, Prinses van Pruisen.

Onderaan, het opschrift: D. (ie) XXI M. (ensis) MAJI MDCCCXXV MDCCCL De 21e Mei 1825—1850.

Keerzijde: Tussen saamgebonden accacia- en lauwertakken is een driehoek geplaatst, waarin als opschrift, onder een vijf-puntige ster:

FREDER. (ico) PR. (inceps) SVMMO. MAGISTRO OPTIMO FRATRI FELICISS. (imi) CONJVGII EXACT, (vm) QVINTVM LVSTRVM CELEBRANTI FRATRES LIBERI CAEMENT. (arii) NEDERL. (andiae) Aan Prins Frederik, de Grootmeester, de beste Broeder, zijn vijfentwintigjarig aller gelukkigst huwelijksfeest vierende, aangeboden door de Broeders van de Neder­landse Vrijmetselarij.

Als omschrift om de driehoek: FAVSTE FELICITER

PROSPERE.

Geluk aanbrengend. Gelukkig. Voorspoedig.

Afmeting 57 mm zilver en brons.

Catalogus Gr.”. O.’, blz. 14.

Dirks, No. 704 en afgebeeld op PI. LXXXVI.

H.Z.C., No. 226 en afgebeeld op PI. XXXI.

De stempels bevinden zich in het archief van ’s Rijks Munt.

Cat. No. 206.

Deze tekst is overgenomen uit W. Kreeft,
Nederlandsche maçonnieke penningen No. 35

1850 – 12 Juni

Gedenkpenning geslagen ter gelegenheid van het huwelijk van Carel Oscar Willem Frederik, Kroonprins van Zweden, met Wilhelmina Frederika Alexandra Anna Louisa (dochter van Frederik, Prins der Nederlanden) de Kroonprins als Grootmeester-Nationaal aangeboden.

Voorzijde: In een krans van eiken- en mirtenloof de gekroonde naamletter C(arolus) L(udovica).

Omschrift: IN AUGUSTOS PRINCIPUM CAROLIET LUDOVICAE HYMENAEOS Onder het randschrift een roos.

Bij gelegenheid van het doorluchtig huwelijk van Carel en Louise.

Keerzijde: Rotsgrond, waarop een altaar, waarop een kroon staat en ter linkerzijde waarvan een krans hangt. Op de voor­zijde van het altaar twee driehoeken, waarbinnen de letter C.

Aan de voet van het altaar verschillende werktuigen, als: kubus, troffel, hamer, passer en schietlood; ter zijde van het altaar aan iedere kant, een rots; op die ter linkerzijde is een stad gebouwd. Van uit de hoge ziet men twee ineengevouwen rechterhanden binnen een zon, die haar stralen in alle richtingen uitschiet.

Omschrift: AURERA VENTURIS SOL PORRIGE GAUDIA LUSTRIS.

Geef o Zon! gulden vreugde aan de jaren die komen zullen.

Op de afsnede het opschrift: LL(liberi) Fr(atres) MURATORES SUESI D. (ie) XIX JUNII MDCCCL Daaronder: P. H. L. De Zweedse Broeders Vrijmetselaren de 19e Juni 1850.

Afmeting 43 mm brons.

De stempels zijn gesneden door Peer H. Lundgreen te Stockholm.

Catalogus Gr .’. O .’. blz. 13.

Dirks, No. 703 en afgebeeld op PI. LXXXVI.

H.Z.C., niet vermeld.

Prins Carel Oscar is tot Koning gekroond in 1861.

Deze tekst is overgenomen uit W. Kreeft,
Nederlandsche maçonnieke penningen No. 34

1844 – 16 September

Penning ter herinnering aan het vijfenzeventigjarig bestaan van de Loge ,,De Ster in het Oosten” O .’. Batavia.

Voorzijde: Tussen twee te zamen gebonden accaciatakken een vijf-puntige ster, in het hart waarvan het cijfer 75.

Keerzijde: Binnen een gesloten koord met 9 knopen het volgende opschrift:

IN

MEMORIAM NATALIS

ANNI SEPTUAGESIMI QUINTI

SOCIETATIS LIB(erorum) CAEMENTARIORUM

IN URBE BATAVIA

LEGITIME CONSTITUTAE

QUI CELEBRATUS EST

DIE 16 MENSIS 9 ANNI V .\ (eri) L .’. (uminis)

5844

IN n (domo) P.\ (ii) V/. (enerabilis)

CUI NOMEN

ASTRUM IN ORIENTE

PRAESIDE MAGISTRO

F.’, (ratre) P .’. (io) V.”. (enerabili)

ISAACO PENNING

NIEUWLAND.

Ter gedachtenis van de 75ste geboortedag van de Orde van Vrijmetselaren in de stad Batavia wettig gevestigd geweest, die gevierd is op de 16e September van het jaar 5844 van het Ware Licht in de eerwaardige Loge, ge­naamd „De Ster in het Oosten”, onder Voorzitter­schap van de eerwaardige Broeder Isaak Penning Nieuwland.

Afmeting 54 mm zilver en brons.

Catalogus Gr.’. O.’, blz. 13.

Dirks, No. 632 en afgebeeld op PI. LXXVI.

H.Z.C., No. 225 en afgebeeld op PI. XXXI.

J. S. van Coevorden, chron. lijst No. 70.

Revue de la Numismatique Beige 1883, blz. 114, No. 175.

Catalogus Bat. Gen. 1886, No. 68.

De allereerste sporen van georganiseerde Vrijmetselarij op Java dateren van 1763.

Volgens de overlevering is de eerste Loge te Batavia gesticht door Br .’. Jacob Cornelis Mattheus Rademacker, licentmeester te Bata­via en zes andere Bbr .’.. De Loge droeg de naam ,,La Choisie”. Die oprichting was een daad van grote zedelijke moed, want de geest welke in die dagen de toon aangaf, kenmerkte zich door grote bekrompenheid. Gouverneur-Generaal Van der Parra was een man van streng Gereformeerde beginselen. De vergaderingen der Loge werden dan ook in het diepste geheim gehouden in de „Stads-Herberg” aan de „Grote Rivier” te Batavia.

Van de verdere lotgevallen van „La Choisie” is niet veel bekend. Inmiddels hield deze Loge op te bestaan, of liever, loste zich op in twee andere Loges n.1. „La Fidele Sincérité” en „La Vertueuse”. Deze laatste Loge had de oudste constitutiebrief, n.1. van 1796. Na veel moeilijkheden en zeer veel wederwaardigheden smolten deze beide Loges samen tot de Loge „De Ster in het Oosten”, welke in het jaar 1837 een nieuwe constitutiebrief ontving. De rang van ouderdom der Loge „La Vertueuse” werd behouden en zo wordt hier meer dan het 75-jarig bestaan van de Loge „De Ster in het Oosten” het 75-jarig bestaan der Vrijmetselarij op Java herdacht.