Deze tekst is overgenomen uit W. Kreeft, Nederlandsche maçonnieke penningen No. 61
Scan uit W. Kreeft (600dpi) door F. van der Sman
1904 – 31 Maart
Penning ter herinnering aan J. H. de Groot O.’. ‘s-Graven-hage bij zijn vijftigjarig Vrijmetselaarschap.
Voorzijde: Zijn rechtsgewend borstbeeld.
Keerzijde: Links een palmtak, rechts daarvan als opschrift:
AAN
BR .’. J. H. DE GROOT
TER HERINNERING
AAN ZIJN
VIJFTIGJARIG
VRIJMETSELAARSCHAP
1854—31 Maart—1904
O .’. VAN ‘S-GRAVENHAGE.
Afmeting 52 mm brons.
Voorz. modelle: W. Achtenhagen.
Keerz. modelle: Jac. J. van Goor.
Zwierzina, 11, No. 468.
Gedenkboek Kon. Begeer, No. 580.
Afgebeeld in Med. et Plaq. moderne, No. 534.
Op Donderdag 31 Maart 1904 begaf zich een deputatie van vijf Bbr .’. naar het woonhuis van Br .’. J. H. de Groot, Cremerweg 10, Den Haag, om hem namens de Vrijmetselarij hulde te brengen bij gelegenheid van zijn vijftigjarig Vrijmetselaarsschap. Hij was op 31 Maart 1854 in het O .’. Semarang in de Loge ,,La Constante et Fidele” als Leerling V.’. M .’. aangenomen.
De deelname aan dit jubileum was bijzonder groot. Niet alleen dat de drie Hoofdbesturen en zeer vele Bbr .”. het aanbieden van een geschenk hadden mogelijk gemaakt, ook enige Loges hadden afzonderlijk van hun belangstelling blijk gegeven. Ook op Java, in Zuid-Afrika en in de West had men zich niet onbetuigd gelaten. De deputatie bood bij monde van Br .’. A. Luymes de boven omschreven gedenkpenning aan, en wel in goud, in zilver en in brons. Bij deze penningen was een fraai album gevoegd, gebonden in grijs moirée, bevattende 21 bladen waarop de handtekeningen van de 234 Bbr .’. die aan dit huldeblijk hadden bijgedragen. Namens de Loge ,,1’Union Frédéric Royale” uit het O .”. Soerakarta werd een bronzen groep, De Arbeid voorstellende, aangeboden. De Loge „Victoria” in het O .’. Berlijn benoemde Br .’. de Groot tot erelid van haar Werkplaats, hetwelk werd bevestigd door een fraai gecalligrafeerd diploma, waarbij gevoegd een verguld zilveren vijf-puntige penning, versierd met lichtblauw emaille en hangende aan een blauw moirée lint. Op de penning komt het borstbeeld voor van de voormalige Grootmeester wijlen Br .’. Prins Frederik. Loge ,,La Constante et Fidele” en het Kapittel van die naam, beide gevestigd te Semarang boden het Ere-lidmaatschap aan. Br .’. de Groot heeft in de Vrijmetselarij vele functies vervuld, o.a. was hij: Ie Groot-Kanselier der Hoge Graden.
Voorzitter van de Kamer van Administratie van de afdeling voor de
Meestergraad.
Voorzitter der Vereniging van Vertegenwoordigers van de Loges
buiten Europa.
Voorzitter van de Bouwhut ,,1’Union Royale” in het O .’. ‘s-Gravenhage.
Lid van de Raad van het Suprème Conseil in België.
Deze tekst is overgenomen uit W. Kreeft, Nederlandsche maçonnieke penningen No. 59
Scan uit W. Kreeft (600dpi) door F. van der Sman
1891 – 15 Januari
Penning ter herinnering aan het overlijden van Br.’. H. H. van Capelle, gewezen Voorzittend Meester van de Loge „De Geldersche Broederschap” O .’. Arnhem.
Voorzijde: Zijn aanziend borstbeeld.
Keerzijde: Omschrift:
HENDRIK HERMAN VAN CAPELLE.
Als opschrift:
VOORZ.’.M.’.DER LOGE
„DE GELDERSCHE
BROEDERSCHAP”
IN HET O.”.VAN ARNHEM
1885—1891
HET E. .O.MNGEGAAN
15 JAN. 1891
P.’.S.’.
Afmeting 40 mm brons.
Catalogus Gr .*. O .’. blz. 21.
Zwierzina, No. 937.
H.Z.C., No. 242 en afgebeeld op PI. XXXIV.
Tijdschrift Munt- en Penningk. 1893, blz. 99, No. 1.
De stempels zijn gesneden door Br .’. J. A. de Vries, en bevinden
zich in de archieven der Rijks Munt.
Hendrik Herman van Capelle werd 20 September 1845 te Amsterdam geboren. Hij vestigde zich te Arnhem als advocaat. Het maconnieke licht werd hem op 17 April 1869 geschonken in de Loge ,,De Geldersche Broederschap”, waarna hij tot Gezel werd bevorderd op 26 November 1869, en verheven tot Mr.’, op 27 Januari 1870.
Van 1874—1879 en van 1881—1883 was hij Ie Redenaar van zijn Loge, terwijl hij op 17 October 1885 tot Voorz .’. Mr.*, werd gekozen, welke functie hij vervulde tot hij op 15 Januari 1891 het E .’. O .’. inging.
D. Br. J. L. A. BLANKENBIJL
U. SEINER GATTIN
W. G. Geb. GARDIEN
ZUR SILB.
HOCHZEIT
D. 31 AUGUST
1901
Afmeting 60 mm zilver.
De penning is nergens beschreven, de gegevens zijn mij verstrekt
door Br .’. H. E. Blankenbijl te Zeist.
J. L. A. Blankenbijl werd geboren te Made en Drimmelen op 7 Februari 1827, waar zijn vader kostschoolhouder en onderwijzer was. Na volbrachte studie was Br.’. Blankenbijl secondant op de genoemde kostschool en later hoofdonderwijzer te Drimmelen. Hij huwde te Drimmelen op 9 November 1852 met G. M. Verdonk, welke vrouw hem op 8 Mei 1872 door de dood ontviel. Op 31 Augustus 1876 hertrouwde hij met W. G. Gardien. met wie hij dus op 31 Augustus 1901 25 jaar gehuwd was. Na zijn pensioenering is hij vertrokken naar Emmerich, waar hij lid werd van de Loge ,.Pax Inimica Malis”. Deze Loge heeft hem bij zijn 25-jarig huwelijk de bovenomschreven penning aangeboden. Of hij tijdens zijn verblijf in Nederland reeds lid van een Loge was, is niet bekend. Zien we echter de aanhef van de inscriptie op de keerzijde der penning, n.1. 11 Juni 1854, dan zou dit de datum van zijn inwijding kunnen zijn(?). Br .’. Blankenbijl overleed te Emmerich op 31 December 1905.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.